Namibië - Selfdrive

24 augustus 2017 - Windhoek, Namibië

Als grote Afrika liefhebber stond Namibië al heel lang op mijn verlanglijstje. In september 2017 was het dan eindelijk zover. Vanuit Amsterdam bracht een rechtstreekse vlucht mij naar Windhoek waar een self-drive avontuur startte.

Eerste regio op het programma was het zuidelijk deel van de Namib woestijn in het Namib-Naukluft park. Een prachtig woestijngebied met enkele van de hoogste duinen ter wereld. Een rit vroeg in de ochtend door de Sossusvlei is de beste manier om te genieten van de kleuren rood tot bruin en oranje tot roze wanneer de rijzende zon haar licht tevoorschijn tovert op de duinen. Ook is dit moment van de dag het meest geschikt om de effecten van licht en schaduw op de duinen en hun contouren te bewonderen. De omgeving krijgt iets magisch...

Wat zeker ook niet mag worden vergeten is een stop bij Dune45, zo vernoemd omdat het 45km van Sesriem ligt. Ben je goed fit dan kan je je wagen aan de beklimming ervan. Het is een klim van 170m en misschien één gouden tip; begin er vroeg aan. Vanwege de grote hitte is het af te raden dit te doen midden op de dag. Ik startte voor 8u en op een dik half uur stond ik boven. De klim is een zware dobber en een hele uitdaging vanwege het mulle zand. Bij elke stap opwaarts gleden mijn voeten een eindje terug zodat er niet veel vooruitgang in mijn klim geboekt werd. Maar eens boven waren al die fysieke inspanningen snel vergeten wanneer ik omgeven werd door 360° eindeloos woestijnlandschap en een indrukwekkende stilte, enkel onderbroken door het suizen van de wind in mijn oren.

Vanaf Dune45 ging het verder naar nog zo'n iconisch plekje nl. Dead Vlei, een kleipan op ongeveer 2km van Sossusvlei. Wie kent ze niet, de landschappen met de oranje en roestige bruine duinen die contrasteren met de bijna witte zoute bodem van de Vlei vol zwartgeblakerde acacia bomen ? Werkelijk het meest surrealistische landschap dat ik ooit zag, en geweldig fotogeniek ook !!

Na de Sossusvlei ging het dan richting Swakopmund en een scala aan landschappen werd doorkruist; zandwoestijn, steenwoestijn, canyons, graslanden, tafelbergen, spitse bergen....tot aan de Atlantische Oceaan. Landschapsfotografen komen duidelijk aan hun trekken in Namibië.

Bij het verlaten van Swakopmund aan de kust boog mijn route terug richting binnenland naar het gebied rond de Brandberg in Damaraland, gelegen in het noordwestelijk deel van de Namib woestijn. Het hoogste punt van het Brandberg massief is de Königstein - 2573m boven de zeespiegel. Verlicht door de ondergaande zon lijkt het wel of de berg brandt. De Brandberg was dan ook een spirituele plaats voor de San (Bosjesmannen) in vroegere tijden. Verder staat dit gebied gekend als dé plek om de woestijnolifanten te spotten. Ik had twee maal geluk een kudde te kunnen spotten bij het oversteken van de weg.

Volgende halte op mijn route werd de Palmwag-concessie, een beschermd particulier natuurreservaat dat 400 000ha beslaat. Ik nam er deel aan gamedrives op zoek naar neushoorns, verder ook nog giraffen, zebra's, oryxen en diverse steenbokken en springbokken te zien. In Damaraland bracht ik ook een bezoek aan een Himba dorp in Kamanjab. De Himba zijn een inheemse, semi-nomadische stam. Vooral de vrouwen zijn gewend om traditionele kleding en haarstijl te dragen. In feite bestaat hun kleding enkel uit een rok-achtig kledingstuk gemaakt van kalfsleer en verder topless. Af en toe dragen ze sandalen als schoeisel. Ze bedekken hun lichaam met otjize; een mengsel van okerpigment en geitenvet. Dit alles ter bescherming van hun huid tegen het warme, droge klimaat. Sieraden en kapsel spelen een belangrijke rol om leeftijd en sociale status aan te geven. Volwassen vrouwen gebruiken hair-extensions die worden behandeld met otjize en as en ze worden gedragen in een soort dreadlocks-achtig kapsel afgewerkt met een sieraad van geitenvacht en het ziet er een beetje uit als een kroontje.

En zo werd het stilaan tijd voor verkenning van Etosha National Park. Ik verbleef meerdere dagen in het park op drie locaties. Voor de verkenning van het gebied rondom Andersson Gate verbleef ik enkele nachten in Okaukuejo Camp. De aantrekkingskracht van deze locatie is wel de aanwezigheid van een verlichte waterpoel waar een grote diversiteit aan dieren kan gespot worden. 24/24 is het een komen en gaan van allerlei soorten waaronder zebra, kudu, neushoorn, olifant, giraf, jakhals, wrattenzwijn, springbok, oryx...noem maar op. De beste plaatsen om dieren te spotten in het park zijn natuurlijk de drinkplaatsen. Er zijn diverse van zulke poelen, natuurlijke maar ook door de mens aangelegde. Verder zijn er diverse wegen doorheen het park waar het heerlijk gamedriven is.

De Etosha Pan is een grote zoutpan van zo'n 4731 vierkante km en de kleuren van het landschap binnenin zijn ronduit geweldig. Afhankelijk van de lichtinval varieert het uitzicht van glanzend wit tot watergroen. De grote diversiteit aan dieren die men hier aantreft is reden om Etosha te bestempelen als een Ark van Noë. Niet alleen het grote wildlife is hier prominent aanwezig, ook vogelspotters komen ruimschoots aan hun trekken. Zowel kleinere soorten als de Lilac-Breasted Roller en vele soorten wevers; maar ook de grotere soorten als neushoornvogels, gieren, secretarisvogels en adelaars, ja zelfs struisvogels kunnen hier gespot worden. Hoewel ik hier niet mijn eerste safari-ervaring beleefde, was ik toch diep onder de indruk van de grote diversiteit en aantallen van dieren die ik in dit park kon aantreffen.

Na Okaukuejo verbleef ik verder ook nog in het Halali Resort, eveneens gelegen in het park en meer bepaald in het centrale deel. Langs de Von Lindquist Gate verliet ik Etosha weer maar eerst had ik nog een bijzondere ervaring bij de waterpoel van Klein Namutoni waar een hele familie olifanten een modderbad kwam nemen.

Om af te sluiten in stijl nam ik mijn intrek nog voor 2 nachten in het bijzonder luxueuze Onguma Tented Camp, gelegen net buiten het park langs de Von Lindquist Gate. Een kleinschalig verblijfsadresje met veel charme waar het de gasten aan niets ontbreekt en met slechts enkele tenten, allen met een privé terras en opgesteld rond een waterpoel zodat je dus het wild ziet komen en gaan.

En zo kwam ook aan dit Afrika-avontuur een einde. Op weg naar Windhoek is de cirkel bijna rond, tijd nog voor een terugblik... Noem een self-drive doorheen Namibië gerust een uitdaging. Namibische wegen zijn meestal onverhard, zeer hobbelig, soms erg zanderig en vragen heel wat rijvaardigheid van een chauffeur. De wegen kunnen best eentonig zijn, vooral deze door de woestijn. En het werd meermaals honderden kilometers rijden zonder één teken van bewoning of beschaving tegen te komen.

Over het huren van een auto; houd er rekening mee dat je goed uitgerust bent met allerlei materialen en apparatuur voor het controleren en hanteren van de bandenspanning. Op de hobbelige en zanderige wegen is dit met name erg belangrijk. Werk daarom samen met een betrouwbaar bedrijf. 

Namibië was precies zoals ik had verwacht. De landschappen zijn zo divers en achter elke bocht, over elke berg wacht een nieuw spectaculair uitzicht. Met zijn rijke wildlife is het ook voor wildlife-spotters een gedroomde bestemming. Dus als het avontuur je niet afschrikt en je toe bent aan een nieuwe uitdaging : Namibië ligt op jou te wachten !                                       

Foto’s